Gemiddelde lopende jaarlijkse aanwas (GLJA)

Row

De aanwas of bijgroei van een bestand is het volume hout dat over een bepaalde periode bijgroeit. Aanwas in bossen is geen lineair proces, de groei verandert naargelang de bomen ouder worden.

Doorgaans wordt aanwas uitgedrukt als lopende jaarlijkse aanwas (LJA), het volume dat bijgroeit in een specifiek jaar, of als gemiddelde jaarlijkse aanwas (GJA), dat is de gemiddelde aanwas gedurende de hele levensduur van een bestand.

Omdat we in de bosinventaris geen gegevens hebben over de bestandsleeftijden, kunnen we geen GJA berekenen. De bosinventaris stelt ons echter wel in staat om een gemiddelde, lopende jaarlijkse aanwas (GLJA) te berekenen over heel Vlaanderen. Deze lopende aanwas wordt bepaald door de volumetoename tussen twee metingen te delen door het tussenliggend aantal jaren.

De gemiddelde lopende, jaarlijkse aanwas in onderstaande tabel is gebaseerd op metingen in ruim 1000 gekoppelde plots. Deze metingen zijn strikt gekoppeld in plaats en tijd: er zit precies 10 jaar tussen de metingen in periode 1 (VBI2: 2009-2013) en periode 2 (VBI3: 2019-2023). Het volume hout dat in rekening wordt gebracht, is enkel het stamvolume (spilwerkhout, aftopdiameter 7 cm).

Uit deze gekoppelde metingen blijkt ook dat er jaarlijks ongeveer 1 m³ hout per hectare op stam afsterft, 1.5 m³ per hectare sterft en omvalt, en dat er ongeveer 5 m³ per hectare geoogst wordt. We zien ook dat de aanwas- en oogstcijfers voor openbare en privé-bossen vrij gelijklopend zijn.

We maken onderscheid tussen:

  • GLJA_bruto: de jaarlijkse bruto-aanwas. Deze omvat de aanwas van alle bomen, dus ook de aanwas van ingegroeide bomen en van bomen die in de tussentijd zijn afgestorven of geëxploiteerd. Als tijdstip van exploitatie of afsterven wordt het midden genomen van de twee meetmomenten.

    De gemiddelde bruto-aanwas in Vlaanderen is 10,1 m³/ha/jr.

  • GLJA_netto: de jaarlijkse netto-aanwas. Dit is de bruto-aanwas min het volume aan natuurlijke verliezen (sterfte door andere oorzaken dan kap, bijvoorbeeld door ziekte, insectenaantasting, windworp).

    De gemiddelde netto-aanwas in Vlaanderen is 7,4 m³/ha/jr.

Informatief geven we ook volgende cijfers mee:

  • GLJA_ingroei: de jaarlijkse aanwas van nieuw ingegroeide bomen, waarbij de boom tussen beide metingen een diameter van 7cm (A3-cirkel) of 40cm (A4-cirkel) bereikt heeft
  • GLJA_gekoppeld: de jaarlijkse aanwas van bomen die in beide meetcycli werden geregistreerd
  • GLJA_geoogst: de jaarlijkse aanwas van bomen die tussen beide meetcycli in geëxploiteerd werden (in veronderstelling dat de boom nog verder aangegroeid is tot het midden van de twee meetmomenten)
  • GLJA_afgestorven: de jaarlijkse aanwas van bomen die tussen beide meetcycli in afgestorven zijn (omgevallen of staand afgestorven; in veronderstelling dat de boom nog verder aangegroeid is tot het midden van de twee meetmomenten)
  • Volume_geoogst: het jaarlijks geoogste houtvolume
  • Volume_afgestorven_staand: het jaarlijkse volume van bomen dat staand is afgestorven
  • Volume_omgevallen: het jaarlijkse volume aan bomen dat is afgestorven en omgevallen

Row

Per bestandstype

Per hoofdboomsoort

Aanwas in bestanden waar de hoofdboomsoort > 80% van het grondvlak inneemt

Aanwas in bestanden waar de hoofdboomsoort > 50% van het grondvlak inneemt

PNV

Row


De potentieel natuurlijke vegetatie op een bepaalde locatie (PNV) geeft weer welk type bos er zich spontaan zou ontwikkelen onder natuurlijke omstandigheden (De Keersmaeker et al., 2001). Dit PNV-type is gebaseerd op de bodemkaart en groepeert gebieden met een vergelijkbaar ontwikkelingspotentieel, maar biedt geen informatie over het actuele bostype.


De groei van een bosbestand varieert sterk afhankelijk van het bodemtype en dus ook van het PNV-type.

Row



Per Ecoregio

Column



Row



Metadata


Analyse op basis van data van de tweede bosinventaris (VBI2, veldwerk 2009-2013) en de derde bosinventaris (VBI3, veldwerk 2019-2023). De resultaten worden voorgesteld als gemiddelde waarden met onder- en bovengrens en zijn berekend op metingen uitgevoerd in de periode 2009 - 2023.

De aanwas wordt berekend volgens de methodiek beschreven in Westra et al., 2015.

Referenties
De Keersmaeker L., Rogiers N., Lauriks R. & De Vos B. (2001). Ecosysteemvisie Bos Vlaanderen. Ruimtelijke uitwerking van de natuurlijke bostypes op basis van bodemgroeperingseenheden en historische boskaarten. Eindverslag van project VLINA C97/06. Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer, Geraardsbergen.

Westra, T., Verschelde, P., Van Calster, H., Lommelen, E., Onkelinx, T., Quataert, P., & Govaere, L. (2015). Opmaak van een analysestramien voor de gegevens van de vlaamse bosinventarisatie. (Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek; INBO.R.2015.9034827). Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek.

Bronvermelding
Govaere L. & Leyman A. (2024). Vlaamse bosinventarisatie Agentschap Natuur en Bos (VBI2: 2009-2018; VBI3: 2019-2023).

Brondata